VCB raadt gezinnen aan nog dit jaar bouwvergunning in te dienen
In 2014 komen er opnieuw verplichtingen voor nieuwe woningen bij:
het maximale E-peil daalt van E70 naar E60 en tegelijk zullen zij een minimaal
aandeel aan hernieuwbare energie moeten produceren. De combinatie van beide
verplichtingen betekent voor een gemiddelde woning een meerkost van ongeveer
8.500 euro in vergelijking met 2013. Dat heeft de Vlaamse Confederatie Bouw
(VCB) berekend op basis van de gegevens uit de E-calculator. Wie aan deze
meerkost wil ontsnappen, moet nog dit jaar zijn stedenbouwkundige vergunning
indienen. Tegelijk is er wel de vaststelling dat elke investering die tot een
lager E-punt leidt, zich vroeg of laat terugbetaalt. Het is dus belangrijk dat
kandidaat-bouwers en -verbouwers bij de banken een lening kunnen krijgen die
rekening houdt met het terugverdieneffect op lange termijn.
Om te evolueren van een E100-peil (het maximale E-peil in 2006)
naar een E70-woning (het maximale E-peil nu) lag de meerkost in de buurt van
5.000 euro. Dit komt neer op een verhoging met 166 euro voor elk E-peilpunt
lager. De VCB is bij deze berekening uitgegaan van een half open bebouwing
(driegevelwoning) van 175 m². Deze meerkost is te wijten aan de volgende
factoren: de vereiste dikkere isolatie in muren en daken, de noodzaak van glas
met een lagere U-waarde en van efficiëntere ventilatiesystemen en extra
maatregelen om de luchtdichtheid te verbeteren en koudebruggen te vermijden.
Deze extra kosten worden slechts in beperkte mate gecompenseerd door het feit
dat dankzij de betere isolatie kleinere radiatoren kunnen worden geplaatst.
Meerkosten in 2014 ten opzichte van 2013
Met een maximaal E-peil van 60 en een minimaal aandeel aan hernieuwbare energie zoals die gelden vanaf 2014, zal diezelfde woning nog eens zo’n 8.500 euro extra kosten. Dit komt neer op 850 euro voor elk E-peilpunt lager. De meerkost is vooral te wijten aan de noodzaak om over te schakelen op verwarmingssystemen op lagere temperatuur, zoals vloerverwarming. Daarbovenop komt dan nog de meerkost omwille van de verplichting vanaf 2014 om in nieuwe woningen een minimaal aandeel aan hernieuwbare energie te installeren.
In haar voorbeeldwoning is de VCB uitgegaan van de installatie van
fotovoltaïsche panelen van 1,5 kWpiek. Dit is een zo goedkoop mogelijke
invulling van de eis. Om op een efficiënte manier de woning van elektriciteit
te voorzien zal doorgaans meer kWpiek worden geïnstalleerd. Daarnaast is het ook mogelijk aan de verplichting van een
minimaal aandeel aan hernieuwbare energie te voldoen via een thermisch
zonne-energiesysteem, warmtepompen of een biomassaketel of -kachel. Maar die
systemen vallen vaak zelfs nog duurder uit.
Marc Dillen, directeur-generaal van de Vlaamse Confederatie Bouw:
“Naarmate het maximale energiepeil daalt, wordt het steeds moeilijker om aan
dit peil te voldoen. Met een aantal nog relatief goedkope en gemakkelijk uit te
voeren maatregelen zijn we op zes jaar tijd vlot 30 E-peilpunten kunnen dalen.
Maar het laagst hangende fruit is intussen geplukt. Om het E-peil verder te
verlagen moeten we stilaan hoger gaan plukken. Dit impliceert een almaar hogere
meerkost voor elk E-peilpunt dat we verder dalen. Bovendien zullen de
subsidies, naarmate de wettelijke eisen strenger worden, zich steeds meer
beperken tot uiterst energiezuinige woningen met een nog lager E-peil.
Rekening houden met terugverdieneffect
Tot nu toe houden banken bij de toekenning van hypothecaire leningen enkel rekening met de aflossingslast op basis van het inkomen van de ontlener. Bij zeer energiezuinige woningen moeten zij ook rekening houden met de totale woonlast, d.w.z. de uiteindelijke combinatie van de hogere initiële kost en het veel lagere energieverbruik op langere termijn. We vragen dan ook aan de banken om hun kredietverlening aan te passen aan het feit dat zeer energiezuinige nieuwbouw en renovatie tot forse energiebesparingen leiden. Banken moeten hun klanten ook systematisch wijzen op het bestaan van de gratis verzekering gewaarborgd wonen. Die komt tussen bij de afbetaling van een hypothecaire lening voor wie onvrijwillig werkloos wordt. Met name in de huidige moeilijke economische context is zo’n verzekering een belangrijke aanmoediging om toch te bouwen voor wie aarzelt omwille van een onzekere jobsituatie.”
Gezinnen moeten in de loop van dit jaar een bouwvergunning
indienen als ze willen ontsnappen aan de meerkost die zal gepaard gaan met de
extra verplichtingen die vanaf 2014 gelden. Een andere reden om bouwplannen niet verder uit te
stellen is de historisch lage hypothecaire rente. Die was eind vorig jaar
gedaald tot 3,6%. We merken dat de rente op langetermijnobligaties intussen nog
verder is gedaald. De hypothecaire rente volgt normaliter deze daling maar de
laatste maanden niet meer. Volgens ons heeft de rente dus haar bodemkoers
bereikt. Zij is intussen opnieuw licht aan het stijgen. Daarenboven stellen we
vast dat de bouwmaterialenprijzen die in 2009 en 2010 zijn gedaald, nu opnieuw
sneller stijgen dan de inflatie. Tenslotte is investeren in bakstenen
waardevaster dan beleggen in papieren.
Blijvend lage woningbouwactiviteit
Toch stelt de VCB vast dat het aantal vergunningen voor nieuwe woningen opnieuw bijzonder laag ligt. Tijdens de eerste vier maanden van 2012 trad tijdelijk een verbetering op maar tijdens de daaropvolgende maanden lag het niveau van de residentiële nieuwbouw opnieuw even laag als in 2011. Het aantal grondige woningrenovaties waarvoor een vergunning is vereist, daalde in Vlaanderen in 2011 met 10% in vergelijking met 2010 en verminderde in 2012 andermaal met 2%. Bovendien is het aantal kleinere niet-vergunningsplichtige renovatiewerken nog sterker gedaald.
Deze negatieve tendensen komen ook duidelijk
tot uiting in de laatste enquête van de VCB bij de Vlaamse woningbouwbedrijven.
Het aantal afgesloten contracten ligt momenteel lager dan drie maanden geleden
bij 48% van de respondenten voor de bouw van nieuwe flats en bij 45% van de
respondenten bij de bouw van nieuwe huizen. Daartegenover staat ongeveer een
derde met een gelijk gebleven orderportefeuille en slechts een kleine
minderheid met een toegenomen orderportefeuille. Op de vraag naar de
toekomstige evolutie van de bedrijfsactiviteit en de bouwcontracten gewaagden
de antwoorden vooral van een status-quo. Maar de bedrijven gaan dan wel uit van
een laag startniveau. Grosso modo waren de antwoorden begin 2012 even
pessimistisch als begin 2013. Slechts een kleine minderheid verwacht de komende
drie maanden een stijging van de bouwactiviteit en van het aantal contracten.
Bijlagen
Tabel 1: evolutie van eisen en bijbehorende meerkosten (voor een
halfopen woning van 175 m²)
Evolutie
van de eisen
|
E100-
naar E70-woning
|
E70-
naar E60-woning + minimaal aandeel hernieuwbare energie
|
Tijdstip
|
Van
2006 tot 2013
|
Van
2013 tot 2014
|
Totale
meerkost
|
Circa
5.000 euro
|
Circa
8.500 euro
|
Meerkost
per E-peilpunt
|
166
euro per E-punt minder
|
850
euro per E-punt minder
|
Factoren
|
+
Extra isolatie in muur en dak
+
Betere beglazing
+
Strengere luchtdichtheid
+
Aandacht voor bouwknopen
+
geiser voor sanitair warm water
+
efficiëntere ventilatie
-
kleinere radiatoren
|
+
lage temperatuur verwarming
+
1,5 kWpiek fotovoltaïsche panelen *
|
*
Dit is een zo goedkoop mogelijke invulling van de eis maar om op een efficiënte
manier de woning van elektriciteit te voorzien zal doorgaans meer kWpiek
worden geïnstalleerd.
Tabel
2: evolutie van eisen en bijbehorende vereiste ingrepen (voor een halfopen
woning van 175 m²)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten