De enorme impact van de vernietiging door het Grondwettelijk Hof van een Vlaams initiatief om de vergunningsprocedure voor grote projecten te versoepelen kwam gisteren in een reportage van Terzake duidelijk naar voor. Op ongeveer 70 projectgebieden ontstaat hierdoor de grootste rechtsonzekerheid. Niemand durft hierop nog te investeren. Nochtans is met de huidige negatieve bouwconjunctuur een bouwrelancebeleid dringend nodig. De Vlaamse Confederatie Bouw (VCB) dringt er dan ook op aan lopende procedures zo snel mogelijk nog aan de eisen van het Grondwettelijk Hof aan te passen en voor gebieden waarvoor de procedure al is afgerond, zo snel mogelijk een juridische oplossing ten gronde te zoeken.
Het
70-tal gebieden die door de uitspraak van het Grondwettelijk Hof in de grootste
rechtsonzekerheid terechtkomen, hebben niet alleen betrekking op individuele
bouwprojecten. In belangrijke mate gaat het ook om ruimtelijke
uitvoeringsplannen (RUP’s) voor grotere gebieden. Een aantal van die RUP’s
hebben betrekking op volledige wijken en nog andere op volledige stedelijke
gebieden. Dit betekent dat de overheid voor de bijkomende investeringen in al
deze gebieden geen enkele zekerheid meer kan bieden.
Het
punt waarover het Grondwettelijk Hof struikelde, is dat de Vlaamse regering
voorzag in een versoepeling van de bekendmaking. De versoepeling bestond erin
dat een elektronische aankondiging volstond. Maar volgens het Grondwettelijk
Hof mag de overheid belanghebbenden niet alleen informeren via elektronische
weg maar moet de bekenmaking ook via de geschreven pers gebeuren. De VCB vraagt
zich af of het Grondwettelijk Hof met zijn arrest niet overdrijft.
Informatiestromen verlopen nu immers in zeer hoge mate elektronisch.
Los
van deze bedenking is het zo dat voor ongeveer de helft van de getroffen
vergunningsdossiers de procedure nog loopt. Voor deze dossiers kan nog een
aanpassing in de procedure gebeuren en kan het project nog in de geschreven
pers worden vermeld om aan de kritiek van het Grondwettelijk Hof tegemoet te
komen. Voor de andere helft van de projecten moet een juridische oplossing ten
gronde komen.
De
VCB dringt in ieder geval aan op een snelle oplossing die tegelijk zekerheid
biedt op lange termijn. De realisatie van maatschappelijk belangrijke projecten
zoals de bouw van nieuwe ziekenhuizen en hoogspanningslijnen, van bijkomende
bedrijventerreinen en van dringend noodzakelijke wegen-, tram- en
spoorverbindingen is nu uiterst onzeker geworden.
In
de loop van dit jaar is het aantal bouwarbeiders onder de 100.000 gedaald. In
2011 stelde de Vlaamse bouw nog 103.000 bouwarbeiders tewerk. Als op al de
getroffen gebieden bouwprojecten voor enkele jaren tot stilstand komen,
betekent dit voor de bouw andermaal een belangrijk verlies aan jobs.
Marc
Dillen
Directeur-generaal
van de Vlaamse Confederatie Bouw
Geen opmerkingen:
Een reactie posten