maandag 8 juli 2013

Vooral ondernemingen zonder personeel werken door tijdens bouwvakantie


Vooral ondernemingen zonder personeel werken door tijdens de bouwvakantie om de achterstand in te halen die is ontstaan door de uitzonderlijk lange winter van begin 2013. Dat is gebleken uit een recente enquête van de Vlaamse Confederatie Bouw (VCB) bij haar leden. Slechts 15% van de ondernemingen zonder personeel stopt met werken tijdens de bouwvakantie. 85% van deze bedrijven werkt door.

Vooral bij ondernemingen van 6 tot 10 werknemers ligt het doorwerken tijdens de bouwvakantie moeilijk: van deze bedrijven werkt 81% niet door en slechts 19% werkt dus wel door. Bij grotere bedrijven met meer dan 10 werknemers werkt een derde door. Bij de kleinere bedrijven met 1 tot 5 werknemers werkt ook een derde door.

De zeer kleine bouwbedrijven zijn niet of minder afhankelijk van de werknemers om door te werken en kunnen dus vrijer kiezen. De grotere bedrijven hebben voldoende schaal om met de bijbehorende administratieve verplichtingen om te gaan.

Middelgrote ondernemingen geven als voornaamste reden om niet door te werken dat er geen akkoord met de werknemers mogelijk is. De grotere bedrijven verwijzen als reden om te sluiten vooral naar het feit dat de leveranciers gesloten zijn.

De sectoren die het meest last hadden van de lange winter, waren de dakdekkersbedrijven en de ruwbouwondernemingen die niet-residentiële en woongebouwen oprichten. Bij deze bedrijven liep ongeveer twee derde door de uitzonderlijk lange winter een vertraging van vier of meer weken op.

Opvallend was nog dat aannemers stellen dat private opdrachtgevers vaker een verlenging van de termijnen toestaan dan overheden. Wie vooral voor private opdrachtgevers werkte, kon bij 64% van de opdrachtgevers een termijnverlenging krijgen. Wie vooral voor de overheid werkte, kreeg maar bij 46% van de opdrachtgevers een termijnverlenging. De VCB vraagt dat ook de overheden zich op de vlak soepeler zouden opstellen.
 
Marc Dillen
Directeur-generaal van de Vlaamse Confederatie Bouw

woensdag 3 juli 2013

Winter leidde tot meer dan vier weken vertraging


Door de uitzonderlijk lange duur van de voorbije winter heeft meer dan de helft van de aannemers meer dan vier weken vertraging opgelopen. Dat blijkt uit een enquête die de Vlaamse Confederatie Bouw (VCB) zopas bij haar leden heeft afgenomen. Toch zal slechts ongeveer een derde (32%)  tijdens de bouwvakantie doorwerken en dan nog maar gedeeltelijk. Doorwerken tijdens de collectieve bouwvakantie is immers geen evidentie: 33% van de aannemers antwoordt hierover moeilijk tot een afspraak te kunnen komen met de werknemers, 26% vindt de administratie hiervoor te zwaar en 41% doet het niet omdat de leveranciers van grondstoffen en bouwmaterialen gesloten zijn.

 
De enquête van de VCB heeft ongeveer 400 antwoorden opgeleverd. Een zeer ruime meerderheid van de respondenten (87%) had de voorbije winter meer problemen met de uitvoering van werken dan voorgaande jaren. Meer dan de helft van de respondenten (56%) gaf aan door de uitzonderlijk lange winter meer dan vier weken vertraging te hebben opgelopen, 25% stelde drie tot vier weken vertraging te hebben opgelopen. Slechts bij een kleine minderheid van 19% bedroeg de vertraging minder dan drie weken.

 
Minder achterstand door minder opdrachten

De huidige zwakke bouwactiviteit heeft een aantal aannemers in staat gesteld de opgelopen achterstand in te halen. Van de respondenten gaf 31% de afgenomen orderboeken als belangrijkste reden waarom hun werken opnieuw volgens schema verlopen. Daarnaast gaf 26% aan een beroep te hebben gedaan op orderaannemers om de achterstand te beperken. Slechts 5% van de bouwbedrijven heeft de achterstand opgelost met overuren. Overuren uitbetalen betekent een dermate meerkost dat zij de winst op de gepresteerde uren te sterk aantast.

Uiteindelijk zullen slechts 32% van de aannemers tijdens de vakantie doorwerken om de opgelopen achterstand in te halen: 21% voor een deel van de vakantie, 8% voor een deel van het personeel en slechts 3% voor het volledige bedrijf. Daartegenover gaven 68% van de respondenten aan dat zij niet zullen doorwerken tijdens de bouwvakantie.

In 65% van de gevallen stonden opdrachtgevers een verlenging van de uitvoeringstermijn toe maar in 35% van de gevallen niet. Uit de antwoorden is bovendien gebleken dat vooral de overheid zich weinig inschikkelijk toonde en vertragingsboetes toepaste of ermee dreigde. Het bleek ook gemakkelijker verlengingen te krijgen voor lopende dan voor nieuwe contracten. Voor nieuwe contracten verwachten de klanten dat ze tegen de voorziene einddatum worden opgeleverd. Sommige aannemers kregen te maken met annulaties omdat ze de werken niet op tijd konden uitvoeren. Er werd zelfs gedreigd met gerechtelijke stappen.
 
Liquiditeitsproblemen bij 50% van bedrijven

Opnieuw een overgrote meerderheid van de respondenten (81%) stelde dat zij lange tijd niets hebben kunnen factureren door de uitzonderlijk lange winter. De helft van de bedrijven gaf aan hierdoor in liquiditeitsproblemen te zijn geraakt. Want zolang niet kan worden gefactureerd en er geen betalingen binnenkomen, lopen de voorschotten voor de RSZ, de afbetaling van leningen en de vaste kosten gewoon verder door.
 

Marc Dillen
Directeur-generaal van de Vlaamse Confederatie Bouw